1.08 Geodes
Afb. 35a: Achterzijde van een geode
Na een vulkaanuitbarsting zitten er vaak holtes in de afgekoelde lava. Door het poreuze gesteente sijpelt water met daarin opgeloste mineralen naar binnen. In de loop van honderdduizenden tot miljoenen jaren verdampt het water weer, waarbij de mineralen achter blijven en kristallen vormen. Zo’n holte noemt men een geode of druze.
Afb. 35b: Voorzijde van dezelfde geode.
In een berg en soms in de modder vind je dan een brok steen, op het eerste gezicht niet veel bijzonders. Maar als je die brok open zaagt (of klieft) blijkt er binnenin opeens een schat verborgen te zijn.
Eerder kwamen we al geodes tegen met heulandiet (afb. 6) en calciet (afb. 31).