1.06 Polymorfisme
Een vaste stof kan meer dan één kristal-stelsel hebben. Zo’n stof heet ‘polymorf’ (of als er maar 2 varianten zijn: ‘dimorf’).
Van calciumcarbonaat (CaCO3) bestaan 3 polymorfen: calciet (trigonaal), aragoniet (orthorombisch) en het instabiele en daardoor zeldzame vateriet (hexagonaal).
De omstandigheden (temperatuur, druk, vocht) kunnen er trouwens voor zorgen dat de ene polymorf overgaat in de andere. Er is dan sprake van 'herkristallisatie'.
Afb. 33: Aragoniet uit Marokko.
Zoals we al bij kwarts en glas zagen bestaan er van mineralen ook gekristalliseerde en amorfe varianten. Stibniet en metastibniet hebben dezelfde chemische samenstelling (Sb2S3, antimoonsulfide), maar stibniet is gekristalliseerd en metastibniet is amorf.
Afb. 32 (links): Zwartglanzende orthorombische stibniet met roodbruine, amorfe metastibniet. Afkomstig uit Italië.